Wordt de bestuursrechter soepeler tegenover de bijstandsgerechtigde?

Na de toeslagenaffaire, waarin duizenden ouders onterecht als fraudeur werden bestempeld en tienduizenden euro’s moesten terugbetalen, trokken veel instanties bij de overheid het boetekleed aan. Ook vanuit de rechtspraak kwam een harde zelfreflectie in het rapport genaamd ‘Recht vinden bij de rechtbank’. Er werd beterschap beloofd, ook in het bestuursrecht. In dit blog gaan we kijken of in de jurisprudentie een beweging ten gunste van de bijstandsgerechtigde te ontdekken is als het gaat om de zogeheten inlichtingenverplichting.

1. De inlichtingenverplichting

1.1. Artikel 17 Participatiewet

De centrale wettelijke bepaling in dit blog is artikel 17 van de Participatiewet. Hierin is bepaald dat alle bijstandsgerechtigden (zelfstandig of op verzoek van de gemeente) mededeling moeten doen van ‘alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op zijn arbeidsinschakeling of het recht op bijstand’.

De wet bevat verder geen limitatieve opsomming van dergelijke feiten en omstandigheden. Dat maakt de rol van de rechter van groot belang, omdat die toetst of een specifiek geval valt onder deze wettelijke bepaling. Er zijn daarnaast een aantal bekende voorbeelden te noemen die altijd gemeld moeten worden.

Lees ook: Hoe zit het met het feitenonderzoek in bijstandsfraudezaken?

1.2. Voorbeelden inlichtingenplicht

Enkele belangrijke voorbeelden zijn het beginnen met (vrijwilligers)werk, het ontvangen van een gift, erfenis of prijs in de loterij, verhuizen, op vakantie gaan of het willen beginnen aan een studie. Dat het ontvangen van een gift onder de inlichtingenverplichting valt, werd landelijk nieuws toen in 2019 een vrouw uit Hilversum ruim zevenduizend euro moest terugbetalen omdat haar moeder wekelijks boodschappen voor haar deed, zonder dat zij dit doorgaf aan de gemeente. De rechtbank gaf de gemeente in deze zaak gelijk, zo is te lezen in de uitspraak.

Lees ook: In de bijstand met een schade-uitkering

Lees ook: Vermogensonderzoek Turks echtpaar: discriminerend?

1.3. Wat gebeurt er bij een schending van de inlichtingenverplichting?

Een schending van de inlichtingenplicht kan grote invloed hebben. De gemeente kan op grond van artikel 58 van de Participatiewet namelijk besluiten dat de (te veel) ontvangen bijstand moet worden terugbetaald. Bovendien wordt op grond van artikel 18a van de Participatiewet in beginsel een bestuurlijke boete opgelegd.

Om daar iets tegen te doen is het noodzakelijk om een bezwaarprocedure te beginnen tegen de negatieve besluiten van de gemeente. Indien het bezwaar wordt afgewezen, kan beroep ingesteld worden bij de bestuursrechter en daarna eventueel nog hoger beroep. Deze bestuursrechter lijkt nu steeds welwillender te zijn tegenover de bijstandsgerechtigde. We bespreken deze ontwikkeling aan de hand van twee uitspraken waarin de betrokkene bezwaar heeft ingediend bij de gemeente en na afwijzing daarvan beroep heeft ingesteld bij de bestuursrechter.

Lees ook: Wat te doen als u het niet eens bent met een overheidsbeslissing?

2. Jurisprudentie over de inlichtingenverplichting

2.1. Gokken zonder te melden

De eerste zaak gaat over een vrouw die al meer dan 20 jaar een bijstandsuitkering ontving. Uit een onderzoek naar de rechtmatigheid van haar bijstandsuitkering bleek dat zij in 2019 en 2020 meerdere keren gokactiviteiten had verricht in casino’s. Hierover was de gemeente niet ingelicht. De vrouw kon ook geen duidelijke administratie aanleveren waaruit bleek hoeveel geld was uitgegeven en verdiend.

Voorheen, zo bespreekt de rechtbank, zou het gevolg van dergelijk handelen zijn geweest dat de bijstand voor de maand waarin de gokactiviteiten plaatsvonden, worden teruggevorderd. De rechtbank overweegt, opvallend genoeg, dat zij deze handelswijze niet langer rechtmatig acht.

Ter onderbouwing stelt de rechtbank onder andere dat gokken over het algemeen niet winstgevend is. Daarom introduceert de rechtbank in deze uitspraak een nieuwe vuistregel:

Deze vuistregel houdt in dat de hoogte van de gokinkomsten gelijk wordt gesteld aan de hoogte van de bedragen die de bijstandsgerechtigde met gokken in het casino heeft ingezet (of, bij onduidelijkheid hierover, in het casino heeft gepind).

De nadelige gevolgen voor de bijstandsgerechtigde zijn met deze nieuwe vuistregel veelal minder ernstig. Op deze manier komt de bijstandsgerechtigde niet in de onmogelijke positie te verkeren dat hij niet kan aantonen hoeveel is verdiend met het gokken met als gevolg dat de hele uitkering wordt ingetrokken over de periode dat er gegokt werd.

2.2. Overlegging bankafschriften

De andere kwestie betreft een man die gedurende enkele maanden een bijstandsuitkering had ontvangen terwijl hij geen vaste verblijfplaats had. Hij kreeg van de gemeente te horen dat hij de volledige bijstandsuitkering over die maanden moest terugbetalen. De belangrijkste vraag in deze zaak was de vraag of bankafschriften aangemerkt kunnen worden als ‘feiten en omstandigheden’ in de zin van artikel 17 van de Participatiewet, zoals hiervoor besproken.

De hoogste bestuursrechter op het terrein van uitkeringen, de Centrale Raad van Beroep, heeft in deze zaak in hoger beroep bepaald dat die vraag negatief beantwoord moet worden. Bankafschriften vallen dus niet (meer) onder de inlichtingenverplichting van artikel 17 van de Participatiewet. Deze kunnen wel van belang blijven om het recht op rechtsbijstand te controleren en verifiëren, maar met deze uitspraak vervalt de vergaande verplichting van de bijstandsgerechtigde om op grond van de inlichtingenverplichting bankafschriften te tonen.

3. Conclusie

In de genoemde twee uitspraken lijkt zich een ontwikkeling te ontwaren waarbij de bestuursrechter een nadrukkelijke poging doet om de daad bij woord te voegen als het gaat om het in bescherming nemen van de burger tegen de overheid. De toezegging die werd gedaan na de toeslagenaffaire lijkt daarmee meer dan een loze belofte op grond van deze uitspraken. Het is afwachten of deze lijn zich doorzet als het gaat om (andere) uitkeringen en toeslagen, maar een eerste stap lijkt te zijn gezet kijkend naar deze twee uitspraken.

 

Meer informatie of hulp nodig?

Neem voor meer informatie over dit onderwerp contact op met:

Wat zijn de kosten?

Klik hier voor meer informatie over de wijze waarop uw advocaatkosten kunnen worden vergoed en welke betalingsmethoden ons kantoor hanteert.